mrt 072013
 

babbelIk had in mijn vorige post gezegd dat ik tweetalig ben opgevoed, en ik werd daar door mensen in mijn omgeving geregeld over aangesproken. Ik dacht dat er al velen dat wisten maar blijkbaar niet. 🙂 Ik ben dus tweetalig opgevoed. Mijn mama sprak Nederlands met mij, en mijn papa Frans, toen ik een kind was. Niet dat de papa Frans is, maar mijn grootmoeder wel, en tweetaligheid werd in mijn gezin dus wel vrij belangrijk gevonden. Dus maar meteen van toen ik klein was. Dat klinkt raar misschien he, maar ik heb dat nooit als raar ervaren.

Achteraf heb ik daarover gelezen dat kinderen als ze echt klein zijn het meest vatbaar zijn voor talen, ook al zijn het er twee tegelijk. Het is belangrijk dat de ouders consistent zijn: de ene altijd Nederlands, de andere altijd Frans (of welke taal dan ook). Niet beginnen mengen want dan snapt dat kind het niet meer. Je hoort wel eens dat een tweetalig opgevoed kind geen van beide talen écht kan, maar ik trek dat toch in twijfel. Ik spreek allebei vlot, en maak fouten die moedertaalsprekers van beide talen maken, maar niet echt meer of andere fouten en al zeker niet meer dan mensen die de taal op latere leeftijd aangeleerd kregen. De vlotheid die ik heb, heb ik ook nog nergens anders gehoord.

Als ik ooit kinderen heb, dan doe ik het zeker ook met hen. Ik vind het een enorme voorsprong. En het is niet zo dat ik van mijn twee jaar oefeningen moest maken ofzo he… 😉 Dat komt vanzelf, als je ouders het goed aanpakken.